Optoma ML500 (2011)

De Optoma ML500 is een digitale led-projector met een lichtsterkte van 500 ANSI lumen. Het is een kleine projector ter grootte van een stevig leesboek met een scala aan signaalingangen, waaronder compositef video, VGA en HDMI. De eigen resolutie is 1280×800 pixels. De projector heeft een ingebouwde luidspreker.

Projectortechnologie is afhankelijk van lenzen, lampen, displays, elektronica, aansluitingen en fabricagetechnieken. Goedkopere beamers hebben steevast een te lage resolutie of een te lage lichtopbrengst, of zijn zodanig geconstrueerd dat ze matig beeld projecteren. De ML500 is in die zin een opzienbarend apparaat omdat alle specificaties (net) in de groene zone zitten: voldoende hoge resolutie, led lichtbron met hoge opbrengst, degelijke constructie, handige draagtas met alle bekabeling. Dat maakt deze projector geschikt voor zowel zakelijke toepassingen als voor een ad-hoc thuisbioscoop.

De ML500 is een verbazingwekkend veelzijdig apparaat, met als enige nadeel de luidruchtige ventilator. Toegegeven, door het licht iets terug te schroeven is de ventilator alleszins rustig te houden, maar toch. De lichtsterkte is met 500 lumen voldoende voor het projecteren binnenshuis, uit direct zonlicht. De veelheid aan aansluitingen maken het een fijn apparaat voor ‘erbij’: altijd handig om even te gebruiken in combinatie met een spelcomputer, videorecorder, of presentatie buitenshuis. En door de handige tas is transport een peuleschil.

Externe link

Pentacon’s Praktika MTL3 (1978)

De Praktika MTL3 is een Oost-Duits spiegelreflex fototoestel van Pentacon dat standaard met een 50mm f/1,8 lens werd uitgerust. Het toestel werd in grote hoeveelheden geproduceerd tussen 1978 en 1984. De MTL3 heeft een metalen sluiter van een dusdanig degelijke kwaliteit dat deze over het algemeen na 25 jaar intensief gebruik nog steeds goed werkt, met sluitertijden tussen oneindig en 1/1000s. De belichtingsmeter is in de spiegel weggewerkt en is het enige onderdeel waarvoor een batterij noodzakelijk is.

De MTL3 onderscheidt zich van alle andere camera’s uit dezelfde periode door de eenvoudige degelijkheid. De camera is volledig uit metaal opgebouwd en alle onderdelen klinken alsof er teveel materiaal is gebruikt om ze te maken. De sluiter maakt geluid alsof een metalen bakplaat uit een oven wordt getrokken en het geluid (en beweging!) van de op- en neerklappende spiegel is zo luid en hevig dat natuurfotografie in wat voor vorm dan ook (uitgezonderd wellicht halfbevroren paddestoelen), tot een praktische onmogelijkheid behoort. Knap toestel. Ik had er eentje, mooie foto’s mee gemaakt. Ingeruild voor een Asahi Pentax ML, die het nooit zo goed heeft gedaan.

De meegeleverde 50mm standaardlens had een zo-zo kwaliteit, scherp in het midden maar met duidelijke vertekening in de randen. De MTL3 was voorzien van een M42 schroefaansluiting en er waren verschillende goedkope Oost-Duitse lenzen verkrijgbaar die een stuk beter beeld leverden. De MTL3 was in die tijd misschien wel de goedkoopste spiegelreflex op de markt. Zag er niet zo spannend uit, maar voor een beginnende fotograaf een verademing.

Externe link

Polaroid Land Camera (1972)

De Land Camera is een direct-klaar camera van Polaroid. Het maakt gebruik van een speciale film, waar de chemicaliën die nodig zijn voor de ontwikkeling al in de verpakking zijn opgenomen. Nadat een foto is genomen is het daardoor mogelijk om binnen 60 seconden de foto te bekijken. Het principe van bij daglicht zelfontwikkelende foto’s in een eenvoudig verwisselbare cassette werd door dr. Edwin Land ontwikkeld. Het eerste model camera waarin het principe werd toegepast werd in 1972 als de SX-70 op de markt gebracht en was vanaf dat moment een groot succes. Diverse verbeteringen werden gedurende de opvolgende jaren doorgevoerd, waardoor Polaroid het enige merk bleef dat de direct-klaar camera’s, en de bijbehorende fotocassettes, succesvol kon vermarkten. De Polaroid Land Camera 1000 was in 1977 het bestverkochte kerstcadeau.

Gerry Anderson’s Thunderbirds (1965)

Thunderbirds is een Britse sciencefiction animatieserie, gemaakt in de jaren zestig door Gerry Anderson die vanaf 1965 wereldwijd werd uitgezonden. De serie draait om de fictieve organisatie International Resque, een organisatie die als doel heeft rampen te bestrijden en daarvoor gebruik maakt van futuristische vlieg- en voertuigen. De serie bestaat uit iets meer dan 30 afleveringen van elk 50 minuten. Ook zijn er twee films uitgekomen: Thunderbirds Are Go en Thunderbird 6.

De serie speelt zich ergens in de 21e eeuw af en volgt de avonturen van de familie Tracy, die bestaat uit miljonair en voormalige astronaut Jeff Tracy en diens vijf zonen Scott, Virgil, Alan, Gordon en John. De Tracy’s wonen op een eiland in de Grote Oceaan en zijn in het geheim lid van International Rescue, een internationaal reddingsteam dat overal ter wereld bij rampen komt helpen. De basis van International Resque bevindt zich op een geheime plek op het eiland van de Tracy’s. International Rescue wordt bijgestaan door de Londense Lady Penelope Creighton-Ward en haar butler-chauffeur Aloysius Parker.

De marionettentechniek in Thunderbirds is verfijnd, waardoor het geheel er relatief vloeiend uitziet. De aankleding van de decors en het realisme van de modellen en speciale effecten bezorgden de serie in de loop der jaren een cultstatus.

John Brown’s The One Game (1988)

The One Game is een vier-delige Britse televisieserie uit 1988. Het werd gefilmd in Birmingham. In de serie is Nickolas Thorne een zakenman die succesvol is geworden met de verkoop van computergames. Op een dag wordt hij in een ‘reality game’ geluisd, georganiseerd door zijn jeugdvriend en oude zakenpartner Magnus. Nick had Magnus eerder uit het bedrijf gewerkt door hem in een instelling te laten opsluiten. Het spel van Magnus, ‘The One Game’, betrekt niet alleen Nick, maar ook iedereen die hij kent.

The One Game heeft een wat onwerkelijk karakter en het is tot aan het eind onduidelijk hoe de gebeurtenissen zullen verlopen. Ook de rol van de deelnemers aan het spel is steeds onduidelijk: doet een personage nu mee aan The One Game, of niet? In de film worden veel Keltische invloeden zoals muziek en kleur gebruikt. De serie leent overduidelijk invloeden van de Koning Arthur legende, met een mes dat in het water wordt gegooid en een vrouwenhand die uit het water omhoog komt.

Apple’s iPod (2001)

Een iPod is een draagbare muziek- en mediaspeler van technologiebedrijf Apple die in oktober 2001 op de markt kwam. De iPod is succesvol geworden over de hele wereld door zijn eenvoudige ontwerp en bediening. Van de iPod zijn in de loop der jaren verschillende varianten uitgebracht, die ‘generaties’ worden genoemd. De ‘klassieke’ iPod is ongeveer zo groot als een pakje sigaretten en de eerste generatie was ongeveer even dik, de latere generaties zijn ongeveer zo dik als een potlood. Vanaf 2007 is de iPod op de achtergrond geraakt omdat de toen geintroduceerde iPhone veel van de functies van de iPod overnam.

Philips’ 22AR774 Radio Recorder (aka Boombox) (1974)

Een boombox is een draagbare stereo radio met opnamemogelijkheid, gevoed door batterijen of accu’s en normaliter in staat om een behoorlijke geluidsdruk in stereo weer te geven. De boomboxen kwamen in het begin van de jaren ’70 op in Amerika, waar welhaast iedere jongeling met een luidruchtige stereo op z’n schouders door de straten banjerde. Dat herinner ik me nog goed, en dat je ze met twee cassettespelers had, zodat je cassettebandjes kon kopiëren. En later met een CD-speler, zodat je een goede geluidskwaliteit had. Maar welke was de eerste? Na wat onderzoek kwam ik erachter en het verbaasde me niks dat de uitvinder van de boombox onze landgenoot Philips was met de 22AR77.

Externe links

Joshua Brand en John Falsey’s Northern Exposure (1990)

Northern Exposure is een Amerikaanse televisieserie van Joshua Brand en John Falsey. De serie werd vanaf 12 juli 1990 uitgezonden met in totaal zes seizoenen. In de serie gaat New Yorker Joel Fleischman na zijn studie geneeskunde aan de slag in het plaatsje Cicely in Alaska om zo zijn studielening af te betalen, die door de bewoners op slinkse wijze aan hem is verstrekt om zo in het buitengebied de beschikking over een eigen huisarts te krijgen. Cicely blijkt een plaats waar de bewoners op geheel eigen wijze in hun bestaan voorzien. Fleischman komt daardoor vaak in bijzondere situaties terecht.

Steven Bochco en Michael Kozoll’s Hill Street Blues (1981)

Hill Street Blues is een Amerikaanse televisieserie uit 1981 over het reilen en zeilen van een fictief districtspolitiebureau die in Nederland door de NCRV werd uitgezonden. De serie heeft grote invloed gehad op de manier waarop televisieseries gemaakt werden. Zo bestond iedere aflevering uit een aantal verhaallijnen die door elkaar heen liepen. Sommige werden binnen de aflevering afgehandeld, sommige liepen door over meerdere afleveringen. Ook werden politieagenten als normale, hardwerkende mensen geportretteerd, waarbij de producers veel moeite deden om de achtergronden goed uit te diepen. Als kijker had je bijna het gevoel naar een realityserie te kijken. De kenmerkende begintune was van Mike Post, die later ook de muziek van veel andere televisieseries zou maken.

Paul Fusco’s Alf (1986)

Alf is een Amerikaanse komische televisieserie van Paul Fusco die van 1986 tot 1990 op de Nederlandse televisie was. De serie werd uitgezonden door de TROS, RTL5 en Veronica. De serie draait om Alf, een buitenaards wezen van de planeet Melmak die met zijn ruimteschip van zijn planeet is gevlucht omdat die op het punt van ontploffen stond. Zijn schip stort neer in de garage van de familie Tanner, een middenklasse familie met sociaal werker Willie (Max Wright), zijn vrouw Kate (Anne Schedeen) en hun kinderen Lynn (Andrea Elson) en Brian (Benji Gregory). Omdat Alf niet terug kan naar zijn thuisplaneet wordt hij opgenomen in het gezin Tanner. De kat van de familie, Lucky genaamd, is zijn leven sindsdien niet meer zeker aangezien katten een delicatesse zijn op Melmak.

Mellotron’s M400 (1970)

De Mellotron M400 is een als een piano met toetsen bespeelbaar muziekinstrument dat voor iedere toon een korte magnetische geluidsband met bijbehorende afspeelkop ingebouwd heeft. Als een toets wordt ingedrukt dan wordt de bijbehorende geluidsband tegen de geluidskop en een aandrijfrol gedrukt. De geluidsband bevat ongeveer 8 seconden geluid en wordt na het afspelen door een veer in de uitgangspositie teruggebracht. De Mellotron M400 is een bijzonder instrument met een heel kenmerkend, wat zweverig geluid, dat in de muziek veel gebruikt wordt als alternatief voor strijkinstrumenten en zangkoren.

Externe links

Yes’ Fragile (1971)

Fragile is het vierde album van de Britse progressieve rockband Yes. Dit is het eerste Yes-album waarop toetsenist Rick Wakeman meespeelt en ook het eerste Yes-album waarvan de cover en het bandlogo zijn ontworpen door Roger Dean, een Britse illustrator. Op het album speelden Jon Anderson (zang, percussie), Chris Squire (basgitaar, zang), Steve Howe (gitaar, zang), Rick Wakeman (piano, orgel, Moog en andere synthesizers) en Bill Bruford (drums, percussie). Hoewel het geluid van Yes in latere jaren een typisch Jon Anderson stijl zou hebben, was dat op dit album nog niet het geval. Het geheel van het album, muziek en artwork, is in een overtuigende balans. Fragile is mogelijk daarom een iconisch progressieve rockalbum, waarvan de nummers Roundabout en Heart of the sunrise nog steeds als rock-evergreen en klassieker beschouwd worden. Luisterend naar het album herken je veel invloeden op later werk van andere bands en artiesten.

Annabel Jankel’s Max Headroom (1985)

In een toekomst waarin televisies belangrijker zijn dan voedsel zijn waarderingscijfers het belangrijkste betaalmiddel van het land. Een nieuwe techniek die kijkers verhindert om van kanaal te wisselen blijkt schadelijk te zijn voor een groep al te zeer aan de buis gekluisterde televisieverslaafden. Het belangrijkste televisiestation maakt zich daar zorgen over: overleden televisiekijkers halen de kijkcijfers omlaag. Edison Carter, topverslaggever, wordt op weg gestuurd om meer informatie in te winnen. Na een motorongeluk wordt Edison’s geheugen door computergenie Bryce Lynch geupload naar een server, waardoor een computergegenereerde kunstmatige intelligentie ontstaat die met scherpe opmerkingen en een niet aflatende stroom kritische geluiden een boost geeft aan de kijkcijfers.

Max Headroom was in eerste instantie een televisiefilm, toen een veejay in The Max Headroom Show en daarna een futuristische televisieserie over een fictieve televisiereporter, Edison Carter, die in een samenleving waarin de overheid de ‘uit’ schakelaars op televisiesets heeft verbannen, probeert om in live televisieuitzendingen verslag te doen van verschillende duistere praktijken. Edison Carter wordt bijgestaan door computergenie Bryce Lynch en redactiespecialist Theora Jones. De kunstmatige intelligentie met de naam Max Headroom, die van de ene televisieset naar de andere ‘hopte’ en overal scherpe opmerkingen plaatste, was een belangrijk terugkerend element in de televisiefilm en later de televisieserie.

Film en serie werden geproduceerd met een minieme hoeveelheid middelen, hetgeen een soort Doctor Who-achtige special effects opleverde, die voldoende overtuigend waren maar aan alle kanten ‘karton’ en ‘plakband’ schreeuwden. In eerste instantie waren de achtergronden van Max Headroom ook nog van bordkarton, maar in de televisieserie werd gebruik gemaakt van een Commodore Amiga.

Max Headroom werd door The Art of Noise in het nummer Paranoimia geïntroduceerd.

Externe links

The Human League’s Dare (1981)

The Human League is voortgekomen uit de in 1977 opgerichte band The Future. Alleen zanger/liedjesschrijver Philip Oakley maakte deel uit van de originele bezetting, die na ruzie uit elkaar viel en ondermeer opging in de band Heaven 17. The Human League zat op hetzelfde label als Joy Division en Gang Of Four en gebruikten synthesizers voor een kil en indusytrieel gevoel. In 1980 haalde Oakley de tieners Susan Ann Sulley en Joanne Catherall bij de groep als achtergrondzangeressen. De band bestond uiteindelijk uit Philip Oakly zelf, Adrian Wright, keyboard speler Ian Burden, gitarist Jo Callis, zangeressen Joanne Catherall and Susan Ann Sulley en producent Martin Rushent toen The Human League met Don’t You Want Me een wereldhit scoorden. Het hitnummer Don’t You Want Me was meer middle-of-the-road, vrolijker bijna, maar het album Dare staat bol van de succesnummers. In historische termen is Dare één van de meest invloedrijke synthesizer pop albums aller tijden.

Ik werd geïntroduceerd in de voor mij toen nog onwerkelijk moderne geluiden van Dare tijdens een LP-luistersessie bij de plaatselijke muziekwinkel. Met een koptelefoon op vroeg je aan de verkoper wat er zoal nieuw op gebied van muziek was binnengekomen en een zwarte schijf werd uit een albumhoes gevist en op de 33 toeren platenspeler voor je afgespeeld. Ik wist niet wat ik hoorde en had flink wat tijd nodig om aan het geluid, de muziek, ieder nummer eigenlijk te wennen. Toch ging ik met de witte albumhoes naar huis en heb vele uren, dagen en uiteindelijk jaren met het album doorgebracht. Voor mij staat Dare met stip in de top 10 van beste albums binnen de ‘hard core synthesizer pop’, samen met From A to B, Upstairs at Eric’s, The Man Machine en Architecture & Morality.

Dat Dare op een eenzaam voetstuk staat wordt wat mij betreft bevestigd door het feit dat The Human League het succes van dit album hierna (of hiervoor) niet nogmaals heeft weten te evenaren.

Externe link

Philips’ cassettebandje (1963)

Een muziekcassette, cassettebandje, compactcassette of simpelweg bandje is een magneetband die wordt gebruikt als geluidsdrager, in een speciaal daarvoor gemaakte vaste doos (cassette). Het cassettebandje is uitgevonden door Philips, als doorontwikkeling op de bestaande magneetband-systemen. Hoewel er andere magnetische tape-systemen waren, werd de compactcassette dominant doordat Philips geen royalty’s vroeg voor gebruik van het patent. Philips stelde wel enkele kwaliteitseisen.

De oudste cassettes hadden slechts twee sporen, de A-kant en de B-kant, dus voor mono geluid, maar al vrij gauw verschenen er stereorecorders met vier sporen. In de meeste gevallen werd de compactcassette dan ook ingezet als 4-sporen-medium: links/rechts (stereo) A-kant en de B-kant waarop geluidssignalen langs magnetische weg analoog konden worden opgenomen. Bij de meeste spelers moest de cassette fysiek worden omgedraaid om de B-kant te beluisteren, maar in de loop der jaren werden zogenaamde autoreverse-decks op de markt gebracht die zonder omdraaien weergave (en soms ook opname) van beide kanten mogelijk maakten. De compactcassette leende zich uitstekend voor draagbare apparaten met batterij en zelfs voor in de auto. De vervolgstap in de ontwikkeling leidde tot de walkman, een nog meer persoonsgebonden vorm van cassettespeler aangezien deze standaard via de hoofdtelefoon beluisterd werd.

Om te voorkomen dat op een cassettebandje met opgenomen muziek per ongeluk een nieuwe opname gemaakt werd (waardoor dan de oude opname gewist zou worden), kon men op de rugzijde van het bandje een plastic palletje verwijderen waardoor een opening vrijkwam die opname (door een ingebouwde blokkade van het cassettedeck) voorkwam en daarmee het bandje tegen ongewenste opname beschermde.

Naast audio is het cassettebandje ook veelvuldig gebruikt als datadrager bij home computers: het eerste gebruik hiervan is in elk geval terug te herleiden tot de KIM-1 (1976):

The KIM-1 system is designed to work with an audio cassette tape recorder/player to provide you with a medium for permanent storage of your programs or data. The cassette with recorded data may be reread by the system as often as you wish.