Sony’s CDP-101 Compact Disc (CD) speler (1982)

De Sony CDP-101 was de eerste compact disc (CD) speler, op 1 oktober 1982 in Japan op de markt gebracht voor een prijs van ongeveer 750 euro. Sony en Philips hadden vanaf 1979 nadrukkelijk samengewerkt om een digitale vervanger voor de grammofoonspeler te ontwikkelen op basis van bestaande LaserDisc technologie, hetgeen had geresulteerd in de publicatie van de Red Book CD-DA standaard in 1980. De exclusieve lancering door Sony had te maken met het feit dat Philips nog niet klaar was om de tussen Sony en Philips overeengekomen lanceerdatum te halen, vandaar dat Sony eerst in Japan op de markt ging, terwijl Philips vanaf 1 november 1982 vanuit Europa aansloot. Vanaf maart 1983 was de CD speler wereldwijd verkrijgbaar en konden ook andere fabrikanten op de Red Book standaard met eigen apparatuur inspelen.

De Red Book CD-DA standaard beschrijft de audio als tweekanaals 16-bits puls-code-modulatie (PCM) met een correctiebit, gesampled op 44.100 Hz en geschreven als Little Endian waarbij iedere datawoord van het stereosignaal om-en-om wordt geschreven, startend met het linkerkanaal. Een audio CD kan frequenties tot 22,05 kHz representeren.

De eerste commercieel verkrijgbare CD was 52nd Street van Billy Joel op 1 oktober 1982, De band Dire Straits verkocht van hun CD Brothers in Arms in 1985 meer dan een miljoen exemplaren, hetgeen een duidelijke indicatie was dat het concept ‘CD’ bij het grote publiek was aangeslagen.

Mijn eerste CD was Eye in the Sky van The Alan Parsons Project, waarvoor ik mijn gelijktijdig gekochte Sony D-22 draagbare CD speler gebruikte om ‘m te luisteren. Ik kende Eye in the Sky al sinds 1982 en had ‘m al op vinyl, maar de CD versie uit 1988 bracht met ruime marge meer luisterplezier. Met de meegeleverde koptelefoon van de D-22 was het fijn luisteren naar de perfecte klanken en heldere bassen van Psychobabble en Mammagamma en via een 3,5 mm stereoplug kon de draagbare CD speler, gevoed via een netadapter, de snelgroeiende verzameling muziek CD’s afspelen op de geluidsinstallatie. Dare van The Human League was een andere CD die goed viel naar jarenlang geluisterd te hebben naar de vinyl versie.

Sony’s ICF-SW1 wereldontvanger (1988)

Wereldradio’s, of multibandontvangers, zijn er altijd te kust en te keur geweest. De Sony ICF-SW1 is niet alleen bijzonder in deze categorie vanwege zijn compact formaat en eenvoudig uiterlijk, maar ook vanwege de het feit dat er met het apparaat alle in gebruik zijnde FM frequenties van 76 – 108 MHz en alle AM frequenties van 150 – 29.999 kHz zonder enige onderbreking ontvangen kunnen worden. En dan hebben we het hardplastic koffertje met wereldvoeding, oortelefoons en buitenantenne-met-antenne-verleng-kabel nog niet genoemd.

De Sony ICF-SW1 is een miniatuur langegolf (150 – 300 kHz), middengolf (300 – 3.000 kHz) en kortegolf (3.000 – 30.000 kHz) ontvanger die zowel AM- als FM signalen hoorbaar maakt. Het ontvangbaar bereik is zo goed als de volledige frequentieband, met kleine omissies aan de onderkant van de lange golf (3 – 150 kHz) en aan de bovenkant van de korte golf (30.000 – 76.000 kHz en 108.000 – 300.000 kHz) waar militaire communicatie plaatsvindt. Het toestel werd vanaf 1988 geproduceerd. Door het compacte formaat en beperkingsloos ontvangstbereik werd de ontvanger naar verluid ook door spionnen en agenten gebruikt voor het afluisteren van geheime transmissies, hoewel de ontbrekende frequentiebereiken dat iets onwaarschijnlijker maakt. De radio werd waarschijnlijk het meest door reizende en camperende consumenten gebruikt die er de wereldnieuwsstatons van ondermeer de BBC mee luisterden. De meegeleverde lange staafantenne kon in dat geval buiten de tent worden geplaatst, waarbij de uitrolbare aansluitkabel netjes naar binnen kon worden geleid. Hoewel de radio een enkele luidspreker aan boord heeft en daarmee mono geluid weergeeft, kunnen FM uitzendingen in stereo met de meegeleverde oortelefoons worden geluisterd. Met een schuifschakelaar kan de klankkleur worden geregeld.

De ICF-SW1 werd geleverd in een koffer op A4 formaat, met hierin ruimte voor de ontvanger, een externe antenne, een voeding geschikt voor diverse landen, de oortelefoons en de handelingen. Een slimme keus, want de ICF-SW1 is typisch een apparaat dat je af en toe wilt gebruiken en dan alle accessoires bij de hand wilt hebben, terwijl als de boel is opgeborgen de stevige koffer langdurig de inhoud zal beschermen.

Ik heb een cosmetisch als nieuw uitziende kit voor een paar tientjes van eBay kunnen sourcen. Erg blij mee: de radio ziet eruit alsof -ie nog nooit is gebruikt en ik verwacht er veel gebruik van te maken als bureauradio. Maar hij doet het niet meer: in plaats van mooi geluid komt er een ratelend geluid als van een defecte brandmelder vanaf. Er klinkt nog wel iets van geluid doorheen, maar het stoorgeluid is dat: storend. Verklaart de lage prijs en het label ‘just for parts’ die de verkoper bij de aanbieding had staan. Het geluidsprobleem doet aan als iets met condensatoren en een vlugge zoektocht levert inderdaad op dat lekkende condensatoren een bekend probleem zijn van deze radio. Moet te fixen zijn.

Basisprint met defecte condensatoren weergegeven
  • 1 x 33 µF/4V radiaal SMD (C608, koppeling DC-DC circuit met audio eindversterkercircuit)
  • 2 x 47 µF/4V radiaal SMD (C426 en C431, onderdelen van het FM decodeercircuit)
  • 1 x 100 µF/4V radiaal SMD (C607, koppeling DC-DC circuit met audio eindversterkercircuit)
  • 2 x 220 µF/4V radiaal SMD (C420, koppeling ontvangercircuit en FM decodeercircuit en C613, koppeling DC-DC circuit met audio eindversterkercircuit)

Externe links

Sony’s Viao P-series (2009)

De in 2009 door Sony geïntroduceerde Viao P-series zijn kleine draagbare computers die veel ontwerpelementen van de Sony PlayStation Portable hebben overgenomen. Uitgerust met een Intel Atom Intel Atom Z520 en met 2 GB werkgeheugen zijn het geen krachtpatsers. Het 8″ breedbeeldscherm van 1600×768 pixels kan niet opboksen tegen een huidige generatie smartphone. Maar de uitstraling van deze Sony minicomputers, die Windows Vista vanaf de fabriek meekregen en volgeplempt waren met Sony rommelware, valt niet te miskennen.

De Intel Atom Z520 is een single-core, dual thread microprocessor die draait op 1,33 GHz. Alle extra’s is van de processor weggehaald en wat overblijft is een efficiënte, maar niet al te snelle, energiezuinige bouwsteen die door Sony is gebruikt om een ventilatorloze computer te maken die meer punten voor uitstraling dan voor performance zal krijgen. Maar om de Viao P een slome computer te noemen gaat dan ook weer te ver: uitgerust met een snelle SSD doen normale kantoorapplicaties onder Windows 7 of 10 het prima en het kleine scherm heeft een voldoende hoge resolutie om scherpe beelden te tonen. Met ingebouwde wifi en bluetooth zit het wel goed met de connectiviteit.

De kleine computer leent zich uitstekend als Linux portable; Ubuntu Linux versie 9.04 schijnt het goed te doen en ook de Debian-gebaseerde Linux Mint schijnt goede resultaten te geven.

Externe links

Sony’s BDP-SX1 draagbare Blu-ray speler (2004)

Hoewel de introductie van Blu-ray in 2003 velen lieten fronsen – waarom nog schijfjes als het ook digitaal kan – liep het uiteindelijk toch even storm met de verkoop van Blu-ray schijfjes en apparatuur. Maar niet iedere fabrikant haalde hetzelfde uit de kast als ze daarvoor met DVD hadden gedaan en vooral de draagbare apparaten moesten het daardoor ontgelden. Op één uitzondering na: de Sony BDP-SX1 (ook bekend als de BDP-SX910) draagbare Blu-ray speler. En de SX1 is een prima Sony product dat doet denken aan de hoogtijdagen van Sony productinnovatie.

Blu-ray is een formaat waarmee media, meestal films of televisieseries in 1920 x 1080 pixels of betere beeldresolutie, op een optische schijf van 120 mm diameter wordt opgeslagen. Het formaat wordt door alle fabrikanten van optische schijven en media-apparatuur ondersteund. Er zijn honderden verschillende Blu-ray spelers geproduceerd, en maar één hiervan is draagbaar: de Sony BDP-SX1 (in sommige landen de BDP-SX910).

De SX1 is een openklapbaar apparaat dat in eerste instantie iets weg heeft van een compacte, maar vrij hoge, laptop. Na het openklappen blijkt het scherm roteerbaar en op de plaats waar een laptop een toetsenbord zou hebben heeft de SX1 het klepje waarachter de optische schijf zit verstopt. De SX1 is van alle markten thuis: het speelt alle formaten optische schijven, inclusief DVD en audio CD’s, het heeft een ingebouwde accu waarmee 5 uur film gekeken kunnen worden, stereo luidsprekers en aansluitingen voor gebruik binnenshuis. Indien via de HDMI aansluiting aangesloten kan het deksel dichtgeklapt worden en is de speler met de meegeleverde afstandsbediening als ‘vaste’ Blu-ray speler te gebruiken.

Externe link

Sony’s PlayStation Portable (2003)

De PlayStation Portable (kortweg PSP) was een draagbare spelcomputer van Sony Computer Entertainment. Het was Sony’s derde introductie in de PlayStation-lijn van spelcomputers. De draagbare spelcomputer, die tevens mogelijkheden bood om video- en audio-bestanden af te spelen en foto’s te bekijken, werd voor het eerst in thuisland Japan geïntroduceerd op 12 december 2004. De PSP maakte gebruik van kleine optische schijven voor de distributie van spellen. Door het hogeresolutiescherm, de krachtige ingebouwde accu, de kwaliteit van het geluid en de snelheid van de interne processor waren complexe en interessante spellen mogelijk; er was daarom een heel uitgebreide lijst van kwalitatief hoogwaardige spelsoftware voor de PSP beschikbaar.

De PlayStation Portable kende drie belangrijke incarnaties: de oorspronkelijke PSP 1000 met 32 MB intern geheugen, een lichtere en dunnere PSP 2000 met 64 MB intern geheugen en de PSP 3000 die een ingebouwde microfoon had. Alle PSP’s deelden dezelfde R4000 MIPS processor en het 16:9 4 inch beeldscherm met een resolutie van 480×272 pixels in 16 miljoen kleuren. Het scherm van de PSP 3000 was het helderst; de PSP 1000 stond bekend om de degelijke opbouw met veel aluminium onderdelen.

Externe links

Sony’s PlayStation (1994)

De lancering van de Sony PlayStation in Japan in 1994 (en in de rest van de wereld in 1995) had een revolutie in gamen op thuisconsoles tot gevolg. PlayStation-games waren de eerste games die op cd werden uitgebracht en beschikten over geavanceerde 3D-polygoongraphics. Vóór de PlayStation werden games op ROM cartridges uitgebracht. Deze cartridges waren lastig te produceren en beperkt in geheugengrootte. Donkey Kong Country bijvoorbeeld, een populaire game op de belangrijkste concurrerende console in die tijd, de Nintendo SNES, kwam op een extra grote ROM van 4MB groot uit; CD-ROMs konden meer dan 150 keer zoveel informatie bevatten.

PSOne met Sony LCD uitbreiding

In 2002 kwam Sony met een volledig herontworpen PlayStation uit, de PSone genaamd. Deze kleinere console was volledig compatible met de originele PlayStation maar aanmerkelijk goedkoper. De PSone verkocht in dat jaar meer dan elke andere spelcomputer, inclusief zijn opvolger de PlayStation 2. Sony bracht ook een eenvoudig te monteren LCD scherm met stereo luidsprekers uit, wat ervoor zorgde dat de PSone als draagbaar entertainment systeem ingezet kon worden: het geheel was met een speciale laadkabel in de auto te gebruiken.

In december 2003 waren van de PlayStation en PSone in totaal van 102,49 miljoen stuks verscheept, waarmee het uiteindelijk de eerste spelcomputer was die de grens van 100 miljoen verkopen passeerde.

Sony’s Trinitron (1970)

Trinitron is een door Sony ontwikkelde technologie voor kleurenbeeldbuizen. De Trinitrontechnologie werd door Sony ontwikkeld in de jaren 1960. Trinitron is een beschermde merknaam. In tegenstelling tot de beeldprojectie bij klassieke kleurenbeeldbuizen staan de elektronenkanonnen in één lijn en wordt het beeld op een schaduwmasker van verticale lamellen geprojecteerd. Door de verticale lamellen draagt meer oppervlakte van het beeld bij aan de lichtopbrengst. In alle geval meer dan bij de constructie waar de elektronenkanonnen en het schaduwmasker in een driehoekspatroon staan. Ook is de convergentie eenvoudiger.

Kenmerkend voor de Trinitron is de stabilisatiedraad. Dit is een horizontale draad die het schaduwmasker stabiliseert. Deze is – voor de oplettende kijker – net zichtbaar als een donkere horizontale lijn in beeld. Grote schermen hebben in sommige gevallen twee stabilisatiedraden. Ondanks deze stabilisatie wordt het beeld (tijdelijk) vervormd bij mechanische schokken. Een ander kenmerk van Trinitron is de vorm van de beeldbuis: waar andere beeldbuizen een kromming hebben die lijkt alsof de voorzijde uit een grotere glazen bol is uitgesneden, lijkt de voorzijde van de Trinitron beeldbuis alsof deze uit een grote glazen cylinder is uitgesneden. Alleen horinzontaal is een bolling zichtbaar, de beeldbuis is vertikaal nagenoeg vlak.

Naast honderden verschillende Trinitron televisiemodellen, van heel klein tot kamervullend groot, kwam de Trinitron technologie ook beschikbaar voor apparaten van andere fabrikanten. Zo was de Macintosh Color Classic van Apple uitgevoerd met een kleine Trinitron beeldbuis.

Sony’s Walkman WM-2 (1981)

Een walkman is een op batterijen werkend apparaat dat compact cassettes afspeelt via een hoofdtelefoon en dat meegenomen kan worden tijdens het wandelen of fietsen. Sony stond al voor de introductie van de WM-2 bekend als een Japans bedrijf dat miniatuur consumentenproducten van hoge kwaliteit wist te maken. De WM-2 die in 1981 werd geïntroduceerd is echter zonder twijfel een mijlpaal in hun geschiedenis.

Zelf heb ik een tijdje een WM-1 gehad, die na een tijdje langzamer ging lopen en waarvan het geluid links en rechts nooit echt feilloos was. Ook de WM-2 had last van datzelfde euvel. De introductie van de DD-reeks, die uiterlijk op de WM-2 leken, maakten een eind aan het probleem van wisselende snelheid.